In veel preken op of rond Pasen wordt nogal eens verondersteld dat Jezus wist wat voor moois op hem lag te wachten na zijn dood, waardoor hij het lijden niet vreesde.
Zo wordt het in het evangelie niet verteld… dat Jezus niet werkelijk bang zou zijn geweest omdat hij wel meer wist. Het urgente van Pasen is nu juist dat Jezus liet zien dat hij de moord méér vreesde dan zijn eigen dood; die hij ook vreesde, maar de dood aandoen aan een ánder? Dat was een grótere vrees nog, want door dat te doen raak je op een fatale manier van de weg naar de shalom. “Doe weg, dat zwaard, Simon!”
Precies dát is het dan ook waarmee de leerlingen van Jezus in het gewelddadige Romeinse slavenhoudersbestaan zich onderscheidden. De moord op de ander meer te vrezen dan de eigen dood.
Als je dus stelt dat Jezus niet werkelijk vreesde in de hof van Gethsemane, dan haal je naar mijn idee de spits en de diepgang uit het verhaal, en, wat misschien erger is, je dempt daarmee definitief de in bloed gesmoorde slavenschreeuw die wordt geuit door miljoenen mensen die niet in het comfortabele Nederland wonen, – in doodsangst voor oorlog en honger, of voor de massale verdrinkingsdood aan de zuidgrens van Europa, en met wie Jezus zich blijvend solidariseert.
Pasen is het feest van de opstand(ing) van: de gekruisigde. Blijvend gewond in zijn handen en zijn zijde. Het is daarmee niet de overwinning van het leven op de dood, maar het vieren van het messiaanse doorbréken van de duivelse ketting van moord op moord.
De Paasboodschap is dus niet dat Jezus de dood heeft overwonnen. Vraag het de miljoenen: de dood heerst alom. Dat Jezus de dood zou hebben overwonnen is eerder bijgeloof. Afgodendienst. Heidendom. Natuurlijke religie die zich vergaapt aan de vruchtbaarheid van die vreselijke paashaas.
Dat Jezus, hij en niet de een of andere mythische held, maar híj: één van de vele gekruisigde slaven samen met die slaven in opstand komt, dát is de urgente kwestie.
Niet: “Jezus lééft”. Dat is een boodschap van niks. Nee: het komt op de juiste klemtoon aan:
“Jézus leeft! Tot in de komende eeuw!”
En de slavenhouder, de Caesar, de mensenmoordenaar?
Die dus niet.
Ik denk trouwens dat het evangelie lastig uit te leggen valt in persoonlijke of individuele situaties. Maar dat de kruisdragers op deze aarde toen en nu hoop ontlenen aan dit verhaal van de gekruisigde, en dat de lamstralen van deze wereld een Koning zien in dit lam dat hoop en verwacht ik wel. Hún Koning.
Natuurlijk willen we graag dat de Bijbel richting biedt in de huidige gang van zaken. Wat moet dat met Oekraïne? Helaas lijkt me dat het evangelie nooit bedoeld is om ethische directieven te formuleren voor geopolitieke machten in 2022. Maar bedoeld werd als slavenverhaal waarbij zij zich van een slavengod voorzien en zo wisten bij te dragen aan de rechtvaardiging van de -destijds- goddelozen.
Overigens raadde Paulus, en ook Jezus wellicht, aan om het zwaard van de vijand (Rome) niet te veronachtzamen en de vijand niet gewapenderhand te tergen. Dat het Westen dat nu doet tegenover de Russen is begrijpelijk maar lijkt me niet eenvoudig te rechtvaardigen met een slavenverhaal van twintig eeuwen geleden.
Dus als je oorlog wilt voeren als natiestaat of als alliantie, denk dan goed na waarom en hoe je daaraan begint en vooral hoe je daar weer uit weg denkt te kunnen raken. Maar reken daarin niet op bijstand en support van Jezus van Nazareth.
Hoe vatten we dit nu samen? Misschien wel als volgt:
Voor iedere preek, en zéker die op Pasen geldt: “Troost is zilver, ongemak is goud.”