Eerst maar beginnen met iets grappigs.
De BBC wil van Jezus Christus af. Daarom hebben ze, een paar jaar geleden al, voorgesteld om niet langer de afkortingen BC (Before Christ) en AD (Anno Domini) te gebruiken. In plaats daarvan wordt het dan: Before Common Era, afgekort als: BCE. 750 vóór Christus wordt dus: 750 voordat de Common Era begon. Wat met Common Era wordt bedoeld is mij niet helemaal helder. Het heeft te maken met de “normaal” gevonden werkelijkheid. We leven dus nu in het jaar 2015 van de Common Era, afgekort: 2015 CE.
Ik ben er wel voor. Mensen die er niks van weten of willen weten, laten die de naam van Jezus Christus ook maar niet al te mákkelijk gebruiken.
Degene die dit jaar 2015 CE de oudjaarstrekking wintwint 30 miljoen euro. 30m miljoen! Stel dat ik 90 wordt… is een miljoen per jaar!
Dan wat droef nieuws:Mourinho is ontslagen bij Chelsea. Bad Luck, hoewel…
De geluksvogel die op oudjaarsavond de staatsloterij wint krijgt dan nog altijd 25 miljoen mínder dan de ontslagen trainer; leider van elf jonge kerels die een potje voetbal willen spelen…Tja, Gatze, dat is slikken?!
Mourinho krijgt namelijk zo’n 55 miljoen euro op zijn rekening gestort. Om het ontslag-leed te verzachten. Even tranen met tuiten huilen voor de engelse camera’s en dan maar cashen! Ik heb even zitten rekenen… Voor de meesten van ons zijn dat zo’n 25.000 dertiende maanden.
We leven in een knotsgekke wereld. Je hebt mensen, en je hebt… Enorme afstand he, tussen wat je zou kunnen noemen normale mensen en… Hoe zullen we ze noemen: goden? Toen Jezus geboren is, in het jaar nul, zeg maar even voor het gemak, toen hadden de mensen allerlei ideeën over goden. Die ideeën hadden ze niet van Jezus en ook niet van Mozes, maar waren ouder dan de bijbel. Oer-oude godsdienstige ideeën. Ja wij noemen dat dan “afgoden”, om daarmee aan te geven dat we er niet zo in geloven. Maar dat is verwarrend want voor de Grieken waren ze nu juist heel reëel.
En… voor ons ook hoor! Want wie zou niet: áls Mourinho?
Luister, is belangrijk! -het Griekse ideaal betrof: Goden hoog op een berg, de Olympus. Die daar onaangedaan en ongenaakbaar en ongeïnteresseerd de hele eeuwigheid lang onbewogen God zaten te zijn en zich van het menselijk gewoel en gedoe níets aantrokken. Dat betekende dus dat Grieks denkende mensen ernaar streefden zoveel mogelijk als God te zijn.Het aards gewoel en gedoe te ontstijgen.Vanuit de overtuiging: “Het is hier toch allemaal kansloos en er komt geen fluit van ons terecht…”
Want dat aardse gedoe…Dat de Grieken wilden ontstijgen door als goden te worden, wat ís dat eigenlijk?
Ik zal het u laten ervaren… Althans dat ga ik proberen. Steek uw hand op: Wie van u is van vóór de oorlog? En wie van ná de oorlog?
We denken eigenlijk altijd in: “voor en na”. Wat staat er in het midden? Zo spreken we van “voor en na” de brand. Voor en na het auto-ongeluk. Voor en na de scheiding. Voor en na de crisis. Voor en na de operatie. “Ik ben na de operatie niet meer dezelfde als van vóór de operatie…”
Ik zelf ben trouwens niet alleen van ná de oorlog -“Je kunt goed merken dat jij de oorlog niet hebt meegemaakt…”- ik ben ook nog van na “De Ramp”. Wie van u is ook van na de ramp? Of leeft dat niet zo in Friesland, 1953?
Mensen leven, althans zo wordt het be-leefd, “voor en na” de ramp. De oorlog, de brand, de scheiding… De ramp bepaalt álles, want daar leef je naar toe óf je komt er vandaan. De ramp in het midden. En zo krijgt een mens in zijn leven heel wat te slikken.
En kerstnacht, is dat dan: even schuilen voor de kou? Even een uurtje net doen alsof het leven koek en ei is, of: stol met spijs? En ons laten… verdoven, mag ik het zo zeggen? -door het liefelijke tafereel van het kindje in het kribje zacht en teer? Even wegvluchten uit de koude wereld in de warme en liefelijke sfeer van de kerststal of de kerststol? En dat voelt heerlijk. Zalig. Zeker als je een dominee hebt die dat ook goed kan néérzetten. Als in een Feel-Good-movie. Maar… hélpt het ons ook? Is Jezus niet juist daar buiten in de kou mét ons?
Denk nu niet dat wij daar bijzonder in zijn. Dit is eigenlijk al heel lang het geval hoor. Crescendo speelt straks een liedje van Hugh Martin “Have yourself a merry little Christmas”.Little?
Het werd voor het eerst gezongen door Judy Garland in de musical “Meet Me in St. Louis” uit 1944. Er ontstond wel gedoe. Kerst is altijd al gedoe geweest… De tekst werd een beetje te depri gevonden namelijk. Er stond eerst: “Have yourself a merry little Christmas. It may be your last. Next year we may all be living in the past. Have yourself a merry little Christmas. Pop that champagne cork . Next year we may all be living in New York.” New York staat dan zo’n beetje voor: alles-behalve-paradijs-op-aarde. Dus Judy Garland zou zoiets zingen als: “Maak nou nog maar een lief klein kerstfeestje, want het zal de laatste wel zijn, volgend jaar zijn we allemaal verleden tijd geworden…”
Nou ja, dat moest anders natuurlijk. Dat vond men maar niks, dat gesomber met kerst en dus kwamen er wijzigingen. “It may be your last. Next year we may all be living in the past” werd: “Let your heart be light. Next year all our troubles will be out of sight”.
In 1957, ik was net uit de luiers, vroeg Frank Sinatra, die het liedje ook wilde opnemen aan de schrijver ervan, Hugh Martin, om nu ook nog de volgende regel te veranderen: “Until then we’ll have to muddle through somehow.” Tot die tijd moeten we maar wat doormodderen… Sinatra vertelde aan Martin dat de titel van de lp die hij wilde opnemen luidde: “A Jolly Christmas”. Een vrolijke kerst. “Denk je dat je deze zin nog wat kunt op-leuken voor mijn LP?” En dat deed Martin en veranderde “Until then we’ll have to muddle through somehow.” in: “Hang a shining star upon the highest bough.”
Kijk, dat is andere koek. Opgepimpt en wel werd het door talloze artiesten vertolkt tot en met Michael Bublé en nog onlangs Sam Smith. Nu klopt het weer met onze gevoelens namelijk.
Maar… helpt het ons werkelijk? Lieve mensen, als het straks januari is en koud en nat en vies… Blue Monday is coming…Wat krijgen we dan allemaal niet te slikken? En kunnen we dat ontvluchten? Al dat gedoe. Zakken we daar niet vroeg of laat áltijd weer in terug? En is dan een lief warm uur op kerstavond, ver van de boze donkere koude buitenwereld, niet ongeveer hetzelfde als: een roes, waaruit het wreed ontwaken is? Heeft God niet iets beters voor ons? Moeten we het doen met een verhaal uit het jaar nul?
Ja! Laten we dat doen!
Dan wordt namelijk álles anders lieve mensen. En dat is geen taalgrapje. Vanavond gebeurt er een wonder, zo waar ik hier sta! Uw leven wordt totaal vernieuwd. Wat is er namelijk aan de hand met het jaar nul?
Eigenlijk moeten we wat nauwkeuriger zijn, want het jaar nul is er namelijk helemaal nooit geweest! Het jaar nul bestaat niet! Ga maar na: je gaat van: 1 vóór Christus onmiddellijk door naar: 1 ná Christus. Of CE, begin van de normale werkelijkheid…Snapt u? Het jaar één voor, en één na, zitten oneindig dicht op elkaar. =>!<=
En daar in dat oneindig kleine midden waar je naar tóe leeft en waar je vandáán komt… Is daar de ramp? Nee!
Daar is de geboorte van Jezus Christus!
Nou en dan nu het volgende: Wat wordt daarvan vertéld? Wat voor schilderij schildert Lukas eigenlijk? Van de Zoon? En: lijkt het?
Zal ik u eens een mooi geheim laten horen? Lukas wil namelijk dat wij horen wat er in het midden van het leven staat. Dat we níet leven vóór en ná de ramp. Maar dat er iets heel anders is: We leven vóór en ná de geboorte van Jezus Christus. Hoort u? Zo leven we! Niet: dat zóu zo moeten zijn, maar dat ís zo. En ons leven: dat is dat aardse gewoel en gedoe, met crises en scheidingen en ontslagen, met ziektes die ons overvallen, kou, die pijn doet aan onze botten… Ons hele leven is een “leven voor en na de kómst van God in ons leven”. Dat geeft aan álles wat wij een ramp vínden en waarvan we dáchten dat die in het midden stond iets betrekkelijks, het wordt een “randverschijnsel”. Die we niet van God krijgen als straf, maar waar God mét ons wil zijn tot steun.
Hij neemt het niet van ons af, maar wil erin zijn. Bij ons. Nabij.
Niet als toeschouwer, maar als deelnemer. “Er in zijn”…
“Inter-esse” is dat in het Latijn.
God heeft interesse in jou. Dat is dus iets heel anders dan het Griekse ideaal: als God te worden. God wil méns zijn. De God van Jezus is namelijk anders dan de andere goden, uitzonderlijk.
Wat maakt Hem zo uitzonderlijk?
Hij wordt wél geraakt door ons gedoe!
Hij wordt wél geraakt door onze pijn!
Dat laat hem niet koud. Daar blijft hij niet onbewogen bij. Daar wil hij bij ons zijn! Wij hoeven ons niet aan het aardse leven te ontworstelen om hogerop bij God te komen. Nee, ik zal het u nog sterker vertellen, Als we dat zouden doen komen we helemaal niet dichter bij God maar juist verder bij hem vandaan. Want God is niet hoog maar laag. En daarmee heeft hij zich tussen de goden van naam die op de Olympus zitten enorm gediskwalificeerd. Een bewogen God is een Gotspe! Hij is een mislukking in de ogen van de goden. Maar u mag de Heer wel op uw blote knietjes danken dat Hij zich daar geen moer van aantrekt!
Het evangelie is voor de “gewone wereld” in de Common Era een wáánzinnig verhaal! Maar voor wie het aanneemt is het een Geschenk. Want, en nu het woordje dat ik u als kerstkado wil meegeven: Zij baarde haar eerstgeboren zoon, wikkelde hem in doeken en, legde hem in een kribbe.
Dat is het kerstverhaal van Lukas. Eén zinnetje. Meer niet. En in dat ene zinnetje zit één woordje en dat is… Ssst. Zij wikkelde hem in doeken en… dan schrijft Lukas: anéklinein. Wat is dat? Een vorm van het werkwoord anaklinoo.
Gebruikt Lukas dat woord wel vaker? Ja nog een keer. In Hoofdstuk 12: 37. Daar zegt Jezus: Zalig die slaven die de Heer bij zijn komst wakende zal aantreffen. Wakende: die dus niet zijn gaan denken: “Het is toch allemaal kansloos en er komt geen fluit van ons terecht…” Dus nog eens herpakken: Zalig die slaven die de Heer bij zijn komst wakende zal aantreffen. Voorwaar ik zeg u, hij zal zich omgorden en hen… “anaklinei”. Wat is dat?
Hij zal hen aan tafel nodigen. (dat is het dus) En bij hen komen om hen te bedienen.
Wat schildert Lukas nu: Zij wikkelde hem in doekenen legde hem áán. Of zoiets. Is moeilijk te vertalen omdat we zoiets in het Nederlands niet kunnen schilderen. “Aanleggen” zou misschien kunnen. Legde hem aan. Of: legde hem rechtop; in een eethouding. Legde hem zo dat hij kon slikken.
Want Jezus krijgt heel wat te slikken. Zo begint het al.
Daar is hij voor in de wieg gelegd.
Wat?
Dat van u namelijk. En van mij. Hij wil erin zijn, in wat wij te slikken krijgen. En weg moeten kauwen.
Hij wil erin zijn.
Inter-esse.
Een en al.
Amen.